Karel de Grote en Nijmegen

Uitbreiding van het Frankische rijk in Nederland Bron: Wikipedia Het huidige Nederland maakte in de 8e/9e eeuw deel uit van het Karolingische rijk (= van Karel de Grote).

Karel de Grote deed zijn naam ook letterlijk eer aan: onderzoek aan zijn botten leerde dat hij 1,84 m lang was en hij werd zeker voor die tijd oud. Hij leefde van 742 tot 814, werd dus 72 jaar. Hij werd in 768 (met 26 jaar) koning van de Franken en in 800 keizer van het middeleeuwse West-Romeinse rijk.

Dat "Romeins" in West-Romeins betekent niet dat de Romeinen het hier nog voor het zeggen hadden. De Romeinen hadden zich in de loop van de vierde eeuw al uit deze streken teruggetrokken. Het is een verwijzing naar de grootsheid en de kracht van het oude Romeinse Rijk.

Pfaltz op het Valkhof

In de tijd van Karel de Grote was het gebruik dat de vorst in verschillende plaatsen burchten had. Als de keizer hier was werden er besprekingen gevoerd, wetten uitgevaardigd en belastingen geïnd.

Hier in Nijmegen, dat in die tijd Numaga heette, bouwde Karel de Grote op het Valkhof een van zijn paleizen (palts, pfaltz). Stel je zo'n palts voor als een complex van gebouwen, deels van hout, deels van steen. Bij de bouw zal zeker Romeins materiaal zijn gebruikt: pas in de 12e eeuw wist men na het vertrek van de Romeinen pas weer hoe je steen moest bakken. Dat Romeinse materiaal zou gesloopt kunnen zijn uit de legerplaatsen in Nijmegen-Oost of uit het verlaten Noviomagus, de Bataafs-Romeinse stad in het huidige Waterkwartier. Het meest voor de hand ligt echter dat materiaal van het Romeinse castellum dat op het Valkhof stond is gebruikt.

Karel de Grote is als keizer in ieder geval met Pasen in 777, 804, 806 en 808 in zijn paleis op het Valkhof geweest. Als je je realiseert dat Pasen het belangrijkste kerkelijke feest in het jaar was, dan kun je daaruit misschien afleiden dat hij graag hier was of dat Nijmegen voor hem een belangrijke rol speelde.

Van de Pfaltz van Karel de Grote is niet veel zichtbaars over, maar de keizer leeft voort in de namen die Nijmegen nog steeds met trots draagt: Karelstad of Keizerstad. En wat zichtbare resten betreft: in de kapel kun je nog enkele consoles die de gewelven dragen (rechts van de ingang ) vinden die wel eens Karolingisch zouden kunnen zijn. 

In de Barbarossaruïne vind je, links en rechts aan de open kant , boven op die slanke lichte, van oorsprong Romeinse zuilen nog Karolingische kapitelen. Ze zijn in 1155 bij de bouw hergebruikt. En wie weet wat er nog allemaal in de bodem van het Valkhof verborgen is!

In de loop van de 9e eeuw werd het grote rijk van Karel de Grote in drieën opgedeeld. Nederland kwam bij het Midden Frankische rijk te behoren. De eerste uitdaging na de dood van Karel werden de aanvallen van de Vikingen die ook Nijmegen hebben aangedaan, hier een winter doorbrachten en bij het vertrek het Valkhof in brand hebben gestoken.

De burcht van Barbarossa

De burcht waarvan je nu de Barbarossaruïne nog kunt zien is zo'n drie en een halve eeuw na Karel de Grote gebouwd door keizer Frederik I Barbarossa. De St. Nicolaaskapel dateert van rond het jaar 1000, dus ergens tussen Karel de Grote en Barbarossa in.

Het Valkhof

Over het Valkhof lees je meer bij de stadswandelingen | Over de sloop van de Valkhofburcht.

Foto van het beeld van Karel de Grote op het Keizer Karelplein in Nijmegen: Michielverbeek [CC BY-SA 4.0], via Wikimedia Commons

Deze pagina werd het laatst aangepast op 06-12-2021.